Op een zaterdagavond schreef ik in plaats van te lezen in nieuw gekochte boeken. Een artikel waarop we met wachtlijsten in transgenderzorg omgaan. Geschreven vanuit de positie van een vader, die toekijkt vanaf de zijlijn.
Het is zaterdagavond en in plaats van een van de nieuw aangeschafte boeken van Jules Verne te gaan lezen besloot ik iets anders te gaan doen. Ik besloot om gedachten te verwerken. Nadat ik wekenlang bezig ben geweest om alle artikelen op de website aan te passen en de lay-out aan te passen, werd het tijd om te beginnen aan een echt nieuw artikel.
Voordat ik begin met het delen van mijn gedachten moet het duidelijk zijn dat ik toekijk vanaf de zijlijn. Ik ben geen expert. Sterker nog, ik weet niet alles. Soms zit ik met vragen die voor anderen heel bekend zijn. Ook is de periode waarmee ik pas echt bekend ben geworden met dit alles nog vrij kort.
Dat er wachtlijsten bestonden in de zorg wist ik al heel erg lang. Ook wist ik dat er lange wachtlijsten bestonden voor transgenderzorg. Ik zal heel eerlijk zijn, tot aan mei 2022 wist ik niet wat de exacte perioden waren. Niet dat ik ze nu per instelling of instituut uit mijn hoofd ken. Ik ken ze globaal uit mijn hoofd als het gaat om de genderpoli van het Amsterdam UMC. In het bijzonder de wachtlijst voor kinderen en adolescenten. Mocht je het ook willen weten, ze zijn hier te vinden.
Wachtlijsten in de zorg zijn niet onbekend. Neem de GGZ, waar de wachttijden op kunnen lopen tot wel een jaar of langer. Neem het voorbeeld op deze pagina van GGZ Drenthe bijvoorbeeld als uitgangspunt. Het kan erger, want wanneer je bijvoorbeeld deze pagina bekijkt als voorbeeld, dan lees je dat het Centrum voor Autisme van deze instelling een wachtlijst kent van 78 of 105 maanden.
Advies
Er is alleen een verschil. De problematiek in de GGZ wordt met regelmaat besproken in de politiek. De transgenderzorg lijkt minder aandacht te krijgen. Dit lijkt bevestigd te worden in een document dat geschreven is in 2022 door de Kwartiermaker Transgenderzorg (“Advies: Hoe verder met de transgenderzorg vanaf 2023”). Dit document is in december 2022 toegevoegd aan de Beslisnota bij de Kamerbrief stand van zaken transgenderzorg (link).
Op pagina zeven van dit document lees je het volgende:
Om te beginnen benadrukken we, het Ministerie van VWS en de zorgverzekeraars zich afgelopen jaren enorm hebben ingespannen om extra zorgcapaciteit te realiseren en de toegankelijkheid in de transgenderzorg te verbeteren. Bijvoorbeeld met het extra inkopen van transgenderzorg, het aanstellen van een Kwartiermaker, door het constructief volgen van onze adviezen, het nemen van extra initiatieven en de actieve extra aandacht en inzet gericht op de transgenderzorg. Daarnaast realiseren we ons ook dat niet alleen de transgenderzorg kampt met toegankelijkheidsproblemen, maar dat ook andere patiëntengroepen, met name in de ggz, lang moeten wachten op zorg. Zoals we eerder beschrijven, zijn de wachttijden in de transgenderzorg echter significant hoger dan in overige vormen van (ggz-)zorg en is het aan te nemen dat dit probleem komende jaren nog niet opgelost zal worden. Vanwege de grote dynamiek (sterk toenemende vraag en sprongsgewijze groei van het aanbod), en aanhoudende politieke aandacht, vinden wij dat aanvullend op alle inspanning die al gedaan wordt, een extra aanpak nodig en gerechtvaardigd is.
Zorgvuldig Advies – Advies: Hoe verder met de transgenderzorg vanaf 2023 – 30 november 2022.
Kortom, mijn aanname lijkt dus niet geheel onlogisch te zijn. Er zou dus meer aandacht gegeven kunnen worden aan dit alles. Dit doet niets af aan de inspanningen van het personeel in de zorg, laat dit duidelijk zijn. Ik val die personen niet af. Waar ik wel over val: de manier waarop sommige politici omgaan met alles wat dit onderwerp te maken heeft. Alles waar ook maar het woord transgender in voorkomt is meteen een reden om het debat te verstoren en zelfs harder te maken.
Vereenvoudiging Transgenderwet
Een ‘goed’ voorbeeld van hoe het vooral niet moet is de behandeling van de vereenvoudiging van de Transgenderwet. Het voortdurende uitstellen. Vervolgens zou er een tweede termijn komen, die werd uitgesteld van 23 februari naar 3 april. Een tijdstip is nog onbekend. Het kan zomaar gebeuren dat ook de datum van 3 april weer gewijzigd zal gaan worden.
Nu is dat aanpassen van de agenda van dit debat iets dat vaker voorkomt. Agenda’s van politici zijn dynamisch. Wat ik bedoelde met een ‘goed’ voorbeeld van hoe het niet moet is in dit geval de manier waarop bepaalde politici dit moment (de eerste termijn) aangrepen om even hun standpunten naar voren te brengen die of helemaal niets te maken hadden met het debat of gebaseerd waren op onjuist onderzoek, achterhaald onderzoek of zelfs op bij elkaar verzonnen verhalen van anderen (anekdotisch bewijs). Zonder blikken of blozen stonden ze die standpunten vervolgens voor het oog van de camera’s te verkondigen. Dat niet alleen. Het publiek op de tribune moesten deze rotzooi ook nog eens aanhoren. Dezelfde rotzooi die ze eerder te horen hadden gekregen in bijvoorbeeld talkshows en gelezen hadden in kranten en tijdschriften. Allemaal omdat de tegenstanders toch ook gehoord moesten worden. Allemaal omdat de tegenstanders van mening waren dat zij de grootste groep vertegenwoordigden.
Geen incident
Kortom, dat dit debat was dus een ‘goed’ voorbeeld van hoe het niet goed verliep allemaal. En laat dat nu geen incident zijn. Wanneer je het hebt over wachtlijsten in de transgenderzorg en dat dit meer prioriteit moet krijgen, dan zeggen de tegenstanders dat dit veroorzaakt wordt door bijvoorbeeld ‘verwarde’ jongeren, ‘indoctrinatie.’ Ze lezen de documenten van de Kwartiermakers niet. Ze lezen de onderzoeken niet van onafhankelijke bronnen, waaruit juist het tegendeel blijkt niet.
Zo ben ik dus bezig om dit alles te verwerken tot wat je nu leest, in plaats van het lezen van boeken die geschreven zijn door Jules Vernes (die ik vandaag kocht in de kringloopwinkel). Die blijven heus wel in de boekenkast staan. Ik heb ze gekocht. Ik hoef ze niet meer in te leveren. Voor dit moment vind ik dit belangrijker. Het zijn de tirades van anderen op berichten op social media van mensen die aandacht vragen voor redenen waarom je juist niet mee moet gaan in de rare gedachten over transgender personen, die me besloten hebben om dit te delen. Ik heb er lang over nagedacht of ik dit moest doen of niet. Was ik dan immers niet die vader die dat deelde? Bovendien, ik hoor niet eens tot de gemeenschap. Weliswaar draag ik iedereen een warm hart toe. Ik ben het niet. Dat is echt niet hetzelfde. Ik weet niet hoe het is, hoe het voelt. Dat zal ik ook nooit voelen. Daarom zeg ik nooit woorden als “Ik kan het me voorstellen.” Wel zal ik zeggen dat ik het krankzinnig vind dat anderen zo omgaan met mensen. Dat identiteiten uitgewist of ontnomen worden.
Aan de andere kant, het gaat wel om mij. Laat ik dan wel even heel egoïstisch zijn. Zonder daarmee zielig te willen zijn. Want nee, ik word niet gediscrimineerd, uitgesloten of in elkaar getimmerd om wie ik ben. Wel word ik veroordeeld omdat ik accepteer. Of omdat ik ouder ben van. Nog beter, omdat ik ouder ben van een meisje op een wachtlijst. Met wie ik van de week weer dat gesprek had over die wachtlijst. Over die klote wachtlijst.
Peanuts
Natuurlijk, misschien is het peanuts, een periode vanaf mei 2022. Wacht je nog langer, dan kan ik maar een ding zeggen: verschrikkelijk! Verschrikkelijk onnodig! Onmenselijk eigenlijk. Dat is wat het is!
Wanneer ik lees wat er mogelijk allemaal zou kunnen gaan gebeuren, dan denk ik: wanneer komt er een Kamerdebat hierover? Wil je weten wat er allemaal zou kunnen gebeuren, dan lees je dit PDF-document maar eens door (mocht je dat al niet hebben gedaan).
Zorgverzekeraars
Alleen, kunnen we alle problemen neerleggen bij de politiek alleen? Nee. De lange wachttijden zijn ook het probleem van de zorgverzekeraars en dan met name het inkoopbeleid. Er is eenvoudigweg geen genoeg zorg om in te kopen.
De Kwartiermakers hebben gevraagd om in 2023 te beginnen met de uitwerking van hun voorstellen. Aan de politiek, maar ook aan de zorgverzekeraars. De minister heeft toegezegd rond 1 maart een brief aan de Kamer te sturen. Ik ben benieuwd naar het verdere vervolg. Jammer is alleen dat de uitwerking ervan mogelijk weer erg lang op zich zal laten wachten.
In een tijd waarin we het hebben over dingen die oneerlijk zijn, wordt dit onderwerp vaak vergeten. Dan besteden talkshows, kranten en tijdschriften blijkbaar liever aandacht aan de schreeuwers en tegenstanders. Blijkbaar scoort dat beter. Dat is op z’n zachtst gezegd erg jammer (milde omschrijving).
Maar goed, wat weet ik er nu vanaf. Ik denk dat ik maar weer eens ga stofzuigen… Of, nee, het is zaterdagavond!
