Ik wil niets weten van die gruwelijke details

Ik wil niets weten van die gruwelijke details

Noem mij maar die egoïst. Ik wil niets weten van die gruwelijke details. Details over verdwijningen, moordzaken, executies en wat voor meer ellende. Hoe komt dat eigenlijk?

Aanpassingen

Dit alles schreef ik naar aanleiding van een moord op een jonge vrouw. Omdat ik van mening ben dat deze jonge vrouw voldoende genoemd is met haar volledige naam, heb ik besloten tot aanpassingen. Alleen haar voornaam gebruik ik nog.

Anne

Dit alles schrijf ik nadat ik een bericht over het proces tegen de (vermeende) dader van de moord op Anne gelezen had. Vermeende dader. Aan het einde van het proces moest duidelijk worden wat de rechters erover te zeggen hadden. Uiteindelijk bepaalden zij dat hij schuldig was.

Volledige naam

Wat ik me destijds (2018) al afvroeg: waarom worden slachtoffers met de volledige naam genoemd en daders niet? Ik begrijp dat een vermeende dader beschermd wordt. Wanneer iemand is veroordeeld, dan is dit nog steeds het geval. Wanneer je heel goed zoekt, dan kom je vanzelf wel achter de volledige naam van de dader.

Is het misschien niet een idee, vroeg ik me destijds al af, om de naam van een slachtoffer ook te beschermen? Zolang dit niet het geval was, besloot ik toch de volledige naam op te nemen. Vijf jaar later deed ik dat niet meer.

Gruwelijke details

Wat me aan het denken zette naar aanleiding van het bericht was niet zozeer de naam, maar het bericht dat ik las. Over alle gruwelijke details die telkens maar naar buiten kwamen. Nieuws dat je soms kan raken. Dan hoeft het niet eens uit te maken of je zelf ouder bent of niet. Op geen enkele wijze kan ik het me voorstellen hoe het voelt als ouders. Die woorden (“Ik kan het me voorstellen”) zal ik nooit gebruiken. Ze zijn onzinnig naar mijn idee. Het is niet voor te stellen.

Geen belediging

Daarmee beledigde ik niemand. Ik was niet iemand die zo koud en zonder empathisch vermogen was. Het toonde aan dat het echt niet mogelijk was om een voorstelling te kunnen maken. Jaren later is dat nog steeds niet mogelijk en dat geldt voor meer rechtszaken waarin moord een rol speelt.

Anderen hebben dit geluk niet. Ze hebben familieleden of vrienden verloren door een misdrijf. Kunnen zij het zich wel voorstellen? Dat weet ik niet. Ook die inschatting kan ik niet maken.

Wat ik wel weet: het is verschrikkelijk. De berichten die in september en oktober 2017 het nieuws domineerden bestonden eerst uit onzekerheid. Daarna uit wanhoop en daarna uit tragiek. Later volgde de woede. Logisch, want wanneer iemand op gruwelijke wijze wordt vermoord maakt dit mensen boos. Of het nu gaat om Anne of om twee kinderen die door hun vader werden vermoord in 2013. Of een jongetje dat in 2022 werd meegelokt, werd misbruikt en daarna werd vermoord. Zo kan ik nog wel even doorgaan met verschillende voorbeelden. Allemaal even verschrikkelijk.

Jeugd

De eerste keer dat ik bewust het nieuws volgde op televisie over een moordzaak ging het over de verdwijning van Ahold-topman Gerrit Jan Heijn (1931-1987). Net zoals een groot deel van de Nederlandse bevolking dacht ook ik dat de Ahold-topman in handen was van een groep personen. Niet dat hij opgepikt was in de buurt van zijn huis in Bloemendaal door een werkloze ingenieur die later zo dom was om het geld dat hij opgestreken had met de ‘ontvoering’ uit te geven bij een slijterij. Dom, want wie betaalde er in die tijd nu met een briefje van 250 gulden? Je had kunnen weten dat men de serienummers van het losgeld in de gaten zouden houden.

In deze zaak kwamen ook veel gruwelijkheden naar boven. Het afsnijden van de pink bijvoorbeeld. Omdat het allemaal niet snel genoeg ging. Ook liet de ontvoerder een cassettebandje inspreken, die later opgestuurd zou worden. Het was bedoeld om te laten geloven dat er niet getwijfeld hoefde te worden of Heijn nog in leven was. Pas na de arrestatie en de verhoren bleek dat Heijn al op 9 september 1987, de dag van de ontvoering, door zijn ontvoerder, Ferdi Elsas, vermoord was.

Dat ik de naam van Elsas wel noem en zelfs zijn volledige naam heeft ermee te maken dat deze man in 2009 is overleden. Daarnaast is hij in 1988 veroordeeld tot een gevangenisstraf van 20 jaar en TBS. Tijdens de verhoren en tijdens het proces heeft Elsas nooit spijt betuigd voor wat hij gedaan had. Sterker nog, hij vond dat hij moest doen wat hij gedaan had. Het geld was bedoeld voor het afbetalen van schulden en voor het beramen van andere moorden. Op schuldeisers en iedereen die hem ooit wat had aangedaan. Dat hij hierbij de familie van zijn slachtoffer heel veel pijn had gedaan, interesseerde hem niets. Hij vond het eigenlijk geweldig.

Pas in 2002 liet hij tegenover Elsevier weten spijt te hebben van zijn daden. Dat was zeven jaar voor zijn dood op 3 augustus 2009. Hij kwam om bij een verkeersongeluk in Vorden, waarbij hij werd geschept door een graafmachine en overleed op 66-jarige leeftijd.

Anderen

Dat alles bij elkaar zijn voor mij genoeg redenen om de naam van Elsas dus te noemen. De namen van anderen noem ik dus niet. Hoeveel indruk die zaken ook gemaakt hebben. Of het nu ging om Marlies, die vermoord werd op Bonaire, omdat ze het slachtoffer werd van een beroving. Of een moord die symbool werd in de strijd tegen zinloos geweld: de dood van Meindert Tjoelker (1997). De daders zijn bekend, hebben verschrikkelijke en hebben verschrikkelijke dingen gedaan. Daarmee bescherm ik ze niet. We noemen ze gewoon niet met de volledige naam. Dat is blijkbaar zo afgesproken. De slachtoffers wel. Net zoals alle details.

Laten we de slachtoffers beter beschermen. Het liefst van te voren. Dat is het beste, denk ik.

Update 2023

Dit bericht is aangepast in januari 2023.

Afbeelding boven deze pagina: Unsplash.

Vergelijkbare berichten