Heeft je kind geen huiswerk?
Sinds september van dit jaar hebben we in huis nog maar een kind dat op de basisschool zit. De oudste zit op het voortgezet onderwijs en dat gaat er anders aan toe. Het levert soms vragen op die door andere ouders gesteld worden. Bijvoorbeeld over het huiswerk. Vragen die gesteld worden zijn: “Heeft je kind geen huiswerk?” of “Zijn ze echt iedere dag om drie uur klaar?” Daarom vond ik het een goed idee om wat aandacht te besteden aan deze vorm van middelbaar onderwijs.
Agora-onderwijs
In 2020 werd in Leiden een nieuwe school geopend als onderdeel van het Bonaventura College. Dit type onderwijs was niet nieuw in Nederland. Het gaat om Agora-onderwijs. Dit is een onderwijsvorm waarbij er uitgegaan wordt van de intrinsieke motivatie van het lerende kind. Kortom, de leervraag van het kind staat centraal. Hiermee gaat men in tegen het idee dat onderwijs zou moeten bestaan uit alleen maar het overdragen van kennis.
Klassieke Oudheid
De naam is een afgeleide van het Griekse woord agora, dat plein betekent. Het is een verwijzing naar de Klassieke Oudheid en vat precies samen waar het om gaat: het leerproces is te vergelijken met een leerplein. In de oudheid was dit het hart van de stad. Dit was de plaats waar de markten gehouden werden en waar het sociale leven zich afspeelde. Daarnaast speelde het politieke leven zich hier af. Hier verzamelden de vrije burgers (lees mannen) zich om te vergaderen. Het werk werd overgelaten aan de vrouwen en slaven. De mannen converseerden en lieten zich onderwijzen door de filosofen. Althans, dat was zo in Athene.
Vergelijkbaar met de agora is het Romeinse forum. Ook deze plaats kende een zelfde functie.
Dat klinkt allemaal erg mooi, maar hoe vertaalt dit zich naar onze moderne schoolomgeving? Het is nu niet zo dat er leerlingen rondlopen die de hele dag aan het praten zijn met elkaar. Al helemaal niet op de manier zoals men dit eeuwen geleden deed op basis van de rolpatronen die destijds normaal waren. Stel je voor; mannen die de dienst uitmaakten en vrouwen en slaven die al het werk moesten doen. Nee, de leerlingen die hier naar school gaan houden zich bezig met schoolse activiteiten op een andere manier. Dat is niet iets dat nieuw is, want deze manier van onderwijs bestaat nu zo’n tien jaar in Nederland. De onderwijs werd in 2013 geïntroduceerd in Roermond.
Treffend is de overname van een van de uitspraken van Galileo Galilei. Deze is overgenomen als het motto van de onderwijsvorm:

‘Je kunt een mens niets leren, je kunt hem alleen helpen het zelf te ontdekken in zichzelf (Non puoi insegnare qualcosa ad un uomo. Lo puoi solo aiutare a scoprirla dentro di sé).
— Galileo Galilei
Vrijheid, blijheid!
Het idee dringt zich meteen op dat het hier gaat om een middelbare school waar het motto vrijheid, blijheid heerst. Laat ik daar meteen even duidelijk over zijn: dat is niet het geval. Het ‘werkt’ inderdaad anders dan wat je normaal gewend bent als het om een middelbare school gaat. Agora-onderwijs werkt niet met vakken en roosters zoals je normaal gesproken kent van de middelbare school. Sterker nog, het wisselen van klaslokaal is het echt aan de orde.
Loop je het schoolgebouw binnen bij de oudste, dan valt op dat het er anders is. Iedere leerling heeft een eigen bureau. Dat bureau is meteen de eerste challenge die het kind aangaat, wanneer het eerste leerjaar begint. Daarmee kom ik meteen aan op dat wat anders is. Dat zijn de challenges.
Challenges en werelden
Wat voor naam je er ook aan wilt verbinden; challenges, uitdagingen of welke naam dan ook. Het gaat erom dat het kind een soort project begint dat erom gaat dat het bezig is met de leervraag. Het kind wil leren over een bepaald onderwerp, dus gaat daarmee aan de slag. Nogmaals, dat is geen kwestie van vrijheid, blijheid. Iedere leerling is gekoppeld aan een coach, die hulp biedt bij het aannemen van deze challenge. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in de vijf ‘werelden’ die centraal staan en waarin een overlap ook mogelijk is:
Uitleg over de werelden
Een uitgebreide uitleg over de werelden lees je via deze link (op de website van Agora Leiden).
Natuurlijk begrijp ik dat dit allemaal erg abstract klinkt. Vergelijk het een beetje met eten. Het eten dat je voorschotelt aan kleine(re) kinderen. Waarbij je verborgen groenten toevoegt. Je weet wel, door bijvoorbeeld wat te pureren. Een voorbeeld.
De leerling wil meer weten over hoe een hondenspeeltje gemaakt wordt. Dan is de eerste vraag die de leerling stelt, hoe ga ik te werk? Wat heb ik nodig om uit te zoeken wat er voor nodig is om dat speeltje te maken? Wat wil ik er vervolgens mee? Hoe ga ik ervoor zorgen dat ik de juiste materialen kan vinden, waar ga ik die vinden en welke experts heb ik nodig om die materialen te vinden? Zijn er middelen nodig om de materialen vervolgens samen te voegen om zo te komen tot dat speeltje? Is dat speeltje er, wat kan ik dan doen om dat speeltje te testen en hoe ga ik dat vastleggen?
Welke vakken mag je hier bij bedenken? In de eerste plaats natuurlijk de klassieke vakken, want reken daar de Nederlandse spelling daar voor het gemak ook maar even toe. Je legt immers alles netjes vast in een rapportage. Daarnaast ben je bezig met een stukje economie, meet- en wiskunde. Wil je er verder mee aan de slag, dan kun je denken aan een situatie waarbij je verder denkt en doorrekent op het gebied van economie. Wat is er bijvoorbeeld voor nodig om te komen tot productie? In dit geval, omdat het toevallig een challenge was van mijn eigen dochter, was het niet zover gekomen. De labrador maakte het speeltje al na twee minuten kapot. Het andere testexemplaar leek een langer leven beschoren.
Experts en vakdocenten
Tijdens de challenges kunnen de leerlingen gebruik maken van een netwerk van experts en vakdocenten. Dit is op de school van de oudste* mogelijk via een intern digitaal prikbord. Deze experts variëren van personen uit het bedrijfsleven tot andere geïnteresseerde personen die gastlessen en inspiratiesessies willen verzorgen op school. De vakdocenten zijn verbonden aan de scholengemeenschap waarvan Agora Leiden deel uitmaakt.
Hoe ‘werkt’ het dan precies?
Dan nu terug naar de vragen uit de inleiding. Dat zijn terechte vragen. Ons kind gaat van negen tot drie naar school. Inderdaad, er is geen huiswerk. Wel kan het voorkomen dat door een stage of door uitloop van een challenge de schooldag langer kan duren.
Inderdaad, er is geen huiswerk. Voordat je daarover een mening gaat ventileren en misschien begint aan een boze e-mail, wacht daar nog heel eventjes mee.
Heel kort door de bocht zou je kunnen stellen dat alle peilers tussen begin en eind, dus het eindexamen, weggehaald zijn. Ze zijn vervangen door de Agoriaanse principes zoals hierboven beschreven. Allemaal vanuit de unieke leerbehoefte die het kind heeft, maar zonder het kind daarmee ‘stuurloos’ te laten ronddrijven in een woeste zee. Het kind wordt dus niet, wat sommige mensen denken (en beweren) overgelaten aan de eigen wilde ideeën. Dat type onderwijs was er ooit wel in Nederland. We kenden dat tussen 2002 en 2013 op een aantal particuliere scholen onder de naam Iederwijs. Laat het even duidelijk zijn: Agora-onderwijs is geen Iederwijs. Er zijn raakvlakken, maar er zijn ook grote verschillen.
De raakvlakken:
- Het kind leert vanuit de eigen behoefte.
- De kinderen zijn verspreid over de ruimten, ongeacht leeftijd en hun onderwijsniveau.
- De kinderen werken samen of individueel aan opdrachten, onder leiding van begeleiders.
De verschillen:
- De vrijblijvendheid: Iederwijs kende een hoge mate van vrijblijvendheid. Had een leerling een dagje geen zin, dan was dat geen probleem. Per dag konden de leerlingen besluiten wat ze gingen doen. Er was een hoge mate van sociocratie.
- Het ging hier om een particulier initiatief, de Agora-scholen zijn onderdeel van bestaande scholen of zijn scholen die gesticht worden naar voorbeeld van bestaande scholen die volgens normale richtlijnen toegankelijk zijn voor iedereen. Wel kan verlangd worden dat nieuwe leerlingen een motivatiebrief schrijven en uitgenodigd worden voor een motivatiegesprek. Dit omdat de school(leiding) graag wil weten of de leerling voldoende gemotiveerd is en of de leerling geschikt is voor dit type onderwijs.
Is dit type onderwijs voor iedere leerling geschikt?
Laat ik alle andere type onderwijs heel gemakkelijk maar even ‘klassieke’ onderwijs noemen. Uitzonderingen daargelaten natuurlijk. Er zijn meer typen onderwijs die zich onderscheiden ten opzichte van het onderwijs dat we kennen als het ‘klassieke onderwijs.’ Met dit onderwijs bedoel ik dus het onderwijs waarbij de leerlingen bijvoorbeeld van klas naar klas gaan, om elk uur een ander vak te volgen, huiswerk mee krijgen, ‘normale’ uren volgen en onderwijs volgen op de manier zoals we dit kennen. Kortom, de onderwijsvormen zoals die sinds jaar en dag gegeven worden in Nederland.
Dit artikel is geen aanklacht tegen deze ‘klassieke’ vormen van onderwijs. Dit artikel is geschreven om inzicht te geven dat het anders kan en hoe dit er dan aan toe gaat. Om antwoord te geven op de vraag hoe het er dan aan toe gaat. Wanneer je het dan hebt over het hoe, dan kom je ook uit op de vraag of het type onderwijs geschikt is voor iedere leerling. Daar kan ik kort over zijn: nee.
Agora-onderwijs vergt inzet. Het vergt een bepaalde motivatie en het vergt misschien zelfs een bepaalde denkwijze. Niet alleen van de leerlingen zelf. Van de ouders vraagt het ook wat. Dit heeft alles te maken met de manier waarop ouders betrokken zijn bij het leerproces en bij de school zelf.
Dit type onderwijs vraagt veel van leerlingen. Inzet en motivatie. Dit eindigt niet om drie uur ’s middags wanneer de schoolbel gaat. Het kind komt thuis en dan is het moment daar dat de leerling vertelt over de dag. Of dat nu gelijk na drie uur is of bijvoorbeeld tijdens het eten. Dat is nog steeds niet anders dan iedere andere middelbare school. Het verschil zit in de betrokkenheid van de ouders. Noem het een stukje commitment. Ook wel bekend als de Agoradriekhoek.
Als het bijvoorbeeld om de challenges gaat is er een go nodig voor iedere challenge op de school van de oudste. Die wordt gegeven op basis van de why (de vraag, de leerbehoefte) die de leerling stelt. Waarom wil ik dit weten. Dat niet alleen, want de leerling moet aangeven hoe het uitgevoerd gaat worden how en when, dus wanneer het afgerond is. Een akkoord wordt uiteindelijk gegeven door de coach. Mocht blijken dat in het proces wij als ouders het er niet mee eens zijn, dan bestaat de kans dat de challenge niet door zou kunnen gaan. Gedurende de challenge wordt van ons als ouders verwacht dat wij mee kijken in de challenge monitor hoe het gaat. Niet zozeer om te controleren, maar om ons kind te laten zien dat we betrokken zijn.
Die betrokkenheid gaat verder dan alleen dat meekijken en een akkoord geven. Denk aan community avonden. Dat zijn avonden die georganiseerd worden op school en waarbij we mee kunnen kijken op school. Leerlingen presenteren hun werk en er wordt opgeroepen om actief mee te denken als ouders als het om de invulling gaat. Daar stopt het niet, want nu komt het mooiste van allemaal.
Experts spelen een belangrijke rol binnen het onderwijs. Noem het gastdocenten of wat voor term je er ook aan wilt koppelen. Vergelijkbaar met de lessen maatschappijleer, waar dit binnen het ‘klassieke’ onderwijs ook gewoon voorkomt bijvoorbeeld. Een expert op een bepaald vakgebied vertelt de kinderen over dat vakgebied. Inderdaad, je kunt de vraag stellen in hoeverre dat verstandig is wanneer er geen didactische vaardigheden aanwezig zijn. Omgekeerd kun je de vraag ook eens stellen. In hoeverre is het verstandig dat er soms docenten mét didactische vaardigheden voor de klas staan die eigenlijk niet voor de klas zouden moeten staan? Die voorbeelden zijn er namelijk ook. Bovendien, het is niet zo dat de lessen alleen maar bestaan uit lessen die worden gegeven door experts van buitenaf. Als ouders staan we dus niet massaal voor de klas, zoals sommige mensen beweren. Het overgrote deel van de dag is dit niet het geval.
Vastlopen
Didactische vaardigheden zijn belangrijk. Dat besef ik me heus wel. Het is een van de meest gebruikte argumenten om vooral niet te beginnen aan Agora-onderwijs. Stel je alleen eens een situatie voor waarbij leerlingen vastlopen in een wereld waarbij ze vastlopen in een wereld van het huidige onderwijsstelsel. Waarbij kennisoverdracht zoals die momenteel plaatsvindt een belangrijke rol speelt. De overdracht die gebaseerd is op de waarden die al heel lange tijd niet veranderd zijn. Waar leerlingen soms niet meer te motiveren zijn. Voor die kinderen is Agora dus wel een oplossing. Daarmee zeg ik niet dat dit een soort vergaarbak of afvoerputje moet zijn voor iedereen die niet of niet meer mee kan komen. Juist niet. Het moet ‘passen’ bij het kind. Want dit type onderwijs is afgestemd op het kind.
Het ene kind kan prima meekomen op een school waar het van klas naar klas gaat, netjes iedere dag huiswerk mee krijgt en het reguliere programma volgt. Als dit zo is, dan is er niets mis mee! Dan zeg ik: houden zo!
Een ander kind is niet zo. Dat kind is niet minder. Niet lastiger. Het kind leert op een eigen unieke en soms creatieve manier. Dat jij dat misschien ‘raar’ of ‘apart’ vindt heeft te maken met een bepaalde achtergrond. Om heel eerlijk te zijn: Voor mij als ouder was het ook wennen.
Die Agoradriekhoek was best lastig. Aan de ene kant was ik ouderparticipatie gewend van de vrijeschool. Alleen niet op de middelbare school. Mijn eigen tijd op de middelbare was zoveel anders. Misschien was het daar juist vrijheid, blijheid. Mijn moeder kwam slechts een enkele keer op school.
Loslaten
Aan de andere kant, dat is heel tegenstrijdig, vergt het als ouders ook iets anders. Dat is het loslaten. Je moet erop vertrouwen dat je kind in staat is om aan te voelen wat de leerbehoefte is. Critici waarschuwen dat kinderen van twaalf of dertien jaar dit niet zelf kunnen beslissen. Ze onderschatten hierbij de cruciale rol die de coaches spelen. Heel zorgvuldig – ik kom weer terug op de verborgen groenten in het eten – pureren zij het eten, zodat de stukjes groente niet zichtbaar zijn. Echt niet. De kinderen worden enthousiast gemaakt. Belangrijker, ze leren ook van elkaar, omdat ze zien dat kinderen van alle leeftijden en niveau’s met elkaar samenwerken. VMBO, Havo, VWO, het maakt niet uit. Of ze nu twaalf of vijftien zijn, ook dat maakt niet uit. Voorzichtig worden vriendschappen gesloten met elkaar, waarbij het leeftijdsverschil zelfs ook niet zoveel uitmaakt. Persoonlijk vind ik dat heel erg bijzonder. Dat doet me wel heel erg denken aan hoe het moet zijn geweest in bijvoorbeeld het oude Athene. Over dat filosoferen met elkaar. Want geloof me, buiten de lessen wordt ook met elkaar gepraat.
Veilig klimaat
Voor mijn oudste, dus mijn dochter (laat dat even duidelijk zijn) heeft een ding een belangrijke rol gespeeld. Veiligheid. De school is een veilig klimaat. Na heel veel ellende die ze eerder meegemaakt heeft in haar leven, was deze omgeving te vergelijken met een warm bad. Acceptatie en respect speelden een belangrijke rol. Dit leidde ertoe dat er belangrijke stappen gezet werden in haar leven. Noodzakelijke stappen. Nu weet ik niet hoe dat geweest was op een andere school en of dit allemaal te wijten is geweest aan dit type onderwijs. Het kan ook ‘gewoon’ de school zelf geweest zijn natuurlijk. Het staat voor mij vast dat dit een omgeving was waarin ze in alle veiligheid kon en durfde te vertellen wat er gaande is. Hoe het precies zit. Met hulp van coaches en steun van coaches. Daarmee zeg ik nog steeds niet dat dit niet zo had kunnen zijn op iedere andere school. Daarover kan ik niet oordelen. Ik spreek uit ervaring over deze school. Over deze unieke en bijzondere ervaring. Over dat moment. Wat het wel bijzonder maakt, naar mijn idee: de vrijwilliger van Transvisie, die enorm geholpen heeft bij haar coming out op school, liet weten dat het een bijzondere school was, met een acceptatie, die hij niet eerder had mogen ervaren. Dat dus.
Uitstroom
Dat zegt allemaal niets over leerpleinen, challenges, coaching en alles wat bij Agora hoort. Het zegt ook helemaal niets over de uitstroom naar vervolgopleidingen. We leven natuurlijk wel in een maatschappij waarin resultaat telt. Dus, wat gebeurde er met de leerlingen die klaar waren op Agora-onderwijs? Laat ik daarom even kijken naar de situatie in Roermond. Deze school bestaat al sinds 2013/2014.
In 2017 verscheen dit artikel, dat geschreven voordat de eerste leerlingen zouden gaan slagen. Duidelijk was een ding: de samenstelling van de groepen leek zijn vruchten af te werpen. Het op jonge leeftijd verdelen van kinderen op basis van onderwijsniveau zou nadelig werken. Een update van dit artikel dateert van 26 juni 2018 en gaat over de geslaagden. Eigenlijk gaat het hier om een nieuw artikel, met daarin links naar een drietal websites.
Van de zeventien leerlingen die in 2017 examen deden, deden zes leerlingen dat op de de ‘normale’ manier (in een keer dus). Daarvan haalden vier leerlingen hun diploma. Twee moesten een herkansing doen. Twee leerlingen deden een staatsexamen. De overige leerlingen deden in een aantal vakken examen en de rest het jaar erop.
In de artikelen wordt gemeld dat de niveau’s uiteenlopen. Dat geldt overigens ook voor de niveau’s waarin sommige leerlingen hun eindexamen gedaan hebben. In sommige gevallen kozen leerlingen ervoor om het niveau aan te passen. Dan deden ze bijvoorbeeld enkele vakken op een ander niveau. Dat is namelijk ook mogelijk op Agora-onderwijs. Sterker nog, het is een van de speerpunten van dit onderwijstype. Het is iets waarvan men zegt dat dit aan verandering toe is in Nederland.
Stel je eens voor dat je slaagt met een groot deel van je vakken dat je behaalde op niveau 1 en een vak op niveau 2, wat lager is. Dan krijg je uiteindelijk een diploma dat gebaseerd is op dat lagere niveau, terwijl het overgrote deel van de cijfers gebaseerd is op het hoogste niveau. Dat is wellicht iets om goed over na te denken.
Maar goed, dat was 2017. Hoe zit het momenteel met de uitstroom? Dan gaan we even door met het onderzoek dat momenteel uitgevoerd wordt door prof. dr. Jos Claessen, zoals je dit bijvoorbeeld hier kunt lezen. Wat blijkt: Agorianen doen het niet beter en niet slechter dan anderen. Belangrijk punt van aandacht hierbij: de corona pandemie. Dat maakt het lastig allemaal, vandaar dat extra onderzoek noodzakelijk is. Dit onderzoek wordt voortgezet tot aan 2025, zoals hier valt te lezen.
Loopbaanoriëntatie- en begeleiding – LOB
In de artikelen van de Open Universiteit wordt melding gemaakt van de term loopbaanoriëntatieen begeleiding, LOB. LOB is een afkorting die we thuis inmiddels kunnen dromen. Vrijdag is de dag van de LOBsters. Vrijdag is LOBster Day!
In samenwerking met een beroepscollege in Leiden (BC Leystede) heeft Agora Leiden aan de leerjaren waar de oudste deel van uitmaakt aangeboden om alvast te proeven van de mogelijkeden die het beroepscollege aanbiedt. Om zo een beslissing te maken wat je in het derde leerjaar wilt gaan doen. Welke richting je op wilt gaan.
Kies je voor de theoretische leerweg, dan kies je voor de meest zuivere Agora-onderwijsvorm. Wel kun je dat nog steeds combineren met LOB-sessies. Dan volg je bijvoorbeeld sessies op het gebied van verzorging, techniek en horeca. Kies je voor een gemengde leerweg, dan krijg je meer praktijkvakken. Kies je voor de kaderopleiding, dan neem je afscheid van Agora Leiden en vervolg je de middebare school aan dit beroepscollege. Hiermee onderstreept men het belang van het praktijkonderwijs. Dat doet men ook door leerlingen los hiervan de mogelijkheid aan te bieden om onder schooltijd actief op zoek te gaan naar snuffelstages. Denk aan korte stages die aansluiten bij challenges. Bijvoorbeeld door aan het werk te gaan bij een tuinder, omdat je een challenge wilt doen over het zaaien van een bepaald gewas (verborgen vak: Biologie) of bij een restaurant (verborgen vakken: Hospitality, Economie, Rekenen etc), omdat je graag wilt weten of de richting Horeca, Recreatie en Bakkerij iets voor je is of niet.
In het onderzoek van Claessen komt naar voren dat die loopbaanoriëntatie- en begeleiding belangrijk genoeg is om daarover meer te weten te komen. Hoe belangrijk is het en komt dit de leerlingen ten goede? Waarschijnlijk wel en dat is dus de reden dat hier naar gekeken zal worden in het onderzoek dat in 2022 van start is gegaan. Als het goed is, dan verschijnen de resultaten van dit onderzoek in 2026.
Zegt onderzoek alles?
Dat is een lastige en gevaarlijke vraag om te stellen, vandaag de dag. Het is niet zo dat ik de wetenschap in twijfel trek of wil trekken. Het is erg gemakkelijk om te schreeuwen vanaf de zijlijn. Ik lees ook wel eens wat meningen van mensen over Agora op de socials. Vandaar dat ik besloot om in februari 2023 dit artikel eens grondig te herschrijven. Zo grondig zelfs, dat het oorspronkelijke artikel nagenoeg verdween. De vragen die overbleven zijn er nog steeds:
Heeft je kind geen huiswerk? en Zijn ze echt iedere dag om drie uur klaar? De vraag over het huiswerk heb ik beantwoord. Hoe zit het dan met het rooster?
Het lesrooster
Iedere dag begint om negen uur ’s ochtends met een dagstart. Er zijn gewoon pauzes -groot en klein- er is tijd om te werken aan challenges, er is tijd om met coaches te overleggen, er is tijd om inspiratiesessies te volgen (dat zijn dus de lessen gegeven door gastdocenten, op school of op locatie), er is tijd om … oh ja, er is zoiets als stilte tijd.
Tussenstapje: mobiele telefoons
In een tijd waarin we het hebben over een totaalverbod over mobiele telefoons op scholen spreek ik me uit tegen dit verbod en wel hierom. De school van mijn kind – vanaf september trouwens mijn twee kinderen – leunt hevig op mobiele telefoons. Ja, dat lees je goed. Kom maar door met je mening! Lees je dan ook even verder?
Apps die nodig zijn voor lesrooster, het plannen van inspiratiesessies, maar ook het contact opnemen met experts, vakdocenten, dat vindt allemaal plaats via… juist, een mobieltje. Dus nee, geen verbod graag. Het gaat heus niet allemaal om appen, dm’en of snappen. Snap je?
Stilte tijd is dus een tijd waarop de leerlingen stil zijn. In de digitale wereld waarin we leven is dat een welkome afwisseling. Dat zouden we allemaal eens moeten overwegen. Gewoon een moment van de dag waarop we even stil zijn. Letterlijk. De leerlingen praten niet. Telefoons zijn een no-go (zie je alsnog een ‘verbod,’ tevreden?) en de leerlingen kunnen zelf besluiten wat ze doen. Kom maar door met je opmerkingen, want ja, het is natuurlijk totaal woke-hippie-links-geörienteerd dit! Zeker wanneer je bedenkt dat de keuzemogelijkheden bestaan uit het lezen van een boek. Een papieren exemplaar, mediteren, slapen of gewoon lekker even op een andere manier ontspannen. Daarna gaan de leerlingen gewoon weer aan het werk, om daarna de dag samen af te sluiten. Net zoals ze samen de dag begonnen.
Nogmaals, kom maar door met je opmerkingen. Leipe hippie-shit. Linkse indoctrinatie. Mocht je het willen weten: ze doen zelfs aan dagen als Paarse Vrijdag. Dus ja, dat is natuurlijk helemaal verschrikkelijk!
Inmiddels heb je gemerkt dat mijn schrijfstijl over is gegaan in een sarcastische vorm. Ik meen er niets van. Ik denk dat het goed is dat leerlingen een moment van de dag de tijd krijgen om tot rust te komen. Om daarna weer verder te gaan. Nee, dat is niet hetzelfde als een pauze. Een pauze bestaat uit hektiek. Uit drukte. Deze stiltetijd is letterlijk: de stilte. Probeer het zelf maar eens. Gewoon een half uurtje. Niet een dag, maar geef het een paar dagen de tijd. Het werkt, geloof me!
Anderen kunnen het veel beter!
Dit artikel heb ik geschreven als Agora-ouder. Anderen kunnen het veel beter verwoorden. Experts bijvoorbeeld. Ik ben geen expert. Ik ben een ouder. Nu nog van een kind dat naar de middelbare school gaat. Vanaf september 2023 zijn dat twee kinderen. Nee, voordat je gaat denken dat het een door ons als ouders gemaakte keuze was: onze jongste heeft het zelf besloten.
Anderen kunnen het veel beter! Vandaar een serie links.
Beelden en gesproken woorden
Soms zeggen beelden en gesproken woorden veel meer dan geschreven of getypte teksten. Daarom is het een goed idee om de onderstaande video te bekijken. De video gaat over Agora-onderwijs in Leiden. Het is een oudere video over de eerste lichting Agorianen. De opnamen zijn deels gemaakt in het oude schoolgebouw. Inmiddels is de school verhuisd naar een grotere locatie, vanwege de groei van het aantal leerlingen.
Foto’s (2021)
In 2021 maakte ik tijdens het motivatiegesprek dat we in februari hadden foto’s in het oude schoolgebouw. Op de foto’s zie je een aantal van de bureau’s. De bureau’s waren gemaakt door de leerlingen van het eerste jaar. Toen waren er nog geen restricties opgelegd aan de omvang van de bureau’s. Dat is later wel gedaan. Logisch natuurlijk…
Dan nog even dit…
Ben je van plan om een boze e-mail op te stellen en me te melden dat dit vooral niet de weg is die we moeten opgaan of ben je van plan me er via social media eens goed van langs te geven? Bedenk dan twee dingen.
- Ik ben geen onderwijsexpert, ik ben een ouder.
- Heb je gelezen wat ik geschreven heb dat dit type onderwijs niet geschikt is voor ieder kind? Dat dit er dus niet voor zorgt of voor moet zorgen dat alle andere soorten onderwijs dan maar moeten verdwijnen? Ik wil het best nog een keer herhalen, mocht het niet duidelijk zijn: Agora-onderwijs is niet geschikt voor ieder kind en omgekeerd is dat dus ook het geval, bedenk dat ook goed. Vooral dat laatste is iets dat naar mijn idee vergeten lijkt te worden. Het is ook heel erg belangrijk. Nogmaals, Agora-onderwijs is daarmee geen vergaarbak of opvangbak.
Heb je het idee dat je er meer over moet weten? Prima! Lees er vooral meer over. Maak dan gebruik van de links die je hierboven kunt terugvinden. Heb je dat idee niet, ook prima. Je hoeft er niets mee te doen. Het is geen verplichting. Niets is een verplichting.
Het mag inmiddels bekend zijn, wat weet ik er nu vanaf? Ik denk dat ik gewoon maar weer eens ga stofzuigen (zoals altijd)!
* = Met ingang van het schooljaar 2023/2024 gaat ook de jongste naar dezelfde school, zo bleek in februari 2023.